Het Einde
Door: winnie
Blijf op de hoogte en volg Winnie
14 December 2005 | Nederland, Hengstdijk
De tentamens vonden plaats in de eerste twee weken van november. Na hard studeren, meestal in de bieb vanwege de airco, en afgewisseld met een duik in het zwembad, had ik niet over alle vakken een goed gevoel, maar nu blijkt dat ik toch alles gehaald heb. Gelukkig!
Tijdens de tentamenperiode werden er natuurlijk ook plannen gesmeed voor de laatste twee weken, voordat ik weer naar huis zou gaan. Eerst zou ik met Magda naar Zambia, later wou Cassandra ook mee, bleek dat het voor Magda niet zo goed uitkwam en voegde Judith zich bij ons gezelschap. Het plan, voor zover dat er uiteindelijk was, was om op zondag 20 november te vertrekken, met de bus van Pretoria naar Bulawayo (Zimbabwe). En daarna zouden we wel verder zien…
De zaterdag voor ons vertrek en trouwens ook de dagen daarvoor stonden al in het teken van afscheid. Niet zo leuk.. De een na de ander vertrok, naar huis of op vakantie. Met de mensen die nog over waren hadden we op zaterdag een feest in het huis van onze buren. Die dag ben ik ook nog voor de allerlaatste keer gaan roeien, twee trainingen in de vierzonder. Ging heel goed!
Het feest was heel gezellig, alleen onweerde het keihard waardoor braaien onmogelijk was. Dan maar in de keuken!
De bus naar Bulawayo vertrok om 3 uur ‘smiddags en was iets minder luxe dan we verwacht hadden. Een normale reisbus heeft vier stoelen naast elkaar en een gangpad in het midden, deze bus had vijf stoelen naast elkaar, waar bovendien geen beweging in te krijgen was. Maar het was erg gezellig, en Cass, Judith en ik waren de enige blanken die zo gek waren om een nacht in zo’n oncomfortabel vervoermiddel door te brengen. Daar kwam bij dat de bus elke twee uur wel een half uur stilstond om wat voor reden dan ook. Nou ja, het was wel fijn om regelmatig de benen te strekken! Ondanks dat het allemaal niet echt vlot ging arriveerde de bus anderhalf uur te vroeg in Bulawayo! In plaats van half 6 waren we er om 4 uur ‘snachts. We wisten niet waar we heen moesten en ook niet hoe… Maar al snel kwam er een hele aardige taxichauffeur die ons op aanraden van een van onze medepassagiers naar Paradise Backpackers bracht. Dat klonk goed! Na enkele minuten in de taxi (waarvan de achterklep niet meer dichtkon) waren we er al, maar tot onze schrik vroeg de ‘aardige’ chauffeur 300 Rand! (omgerekend bijna 40 euro) Belachelijk natuurlijk, dus moesten we eerst nog eindeloos onderhandelen. Uiteindelijk is ie nog met 200 Rand weggekomen, en waren wij blij dat we een veilig onderkomen hadden gevonden. Nadat we de tent op hadden gezet zijn we nog maar een paar uurtjes gaan slapen want dat was in de bus niet echt gelukt. De volgende dag (een paar uur later) zijn we Bulawayo gaan verkennen en wat te eten gaan zoeken. Een vredige stad met enorm brede straten waar nauwelijks autos rijden omdat er bijna geen benzine verkrijgbaar is in Zimbabwe. Lekker rustig! We hebben struisvogel met Satze (een soort dikke plakkerige maismeelpap) gegeten in een italiaans restaurant (!) met een blanke eigenaar die niet wist hoe een digitale camera werkte… en dat voor zo’n 1,4 miljoen dollar! Zimbabwaanse dollar gelukkig, een soort monopoliegeld wat maar aan 1 zijde bedrukt is… 1 amerikaanse dollar is zo’n 60.000 zimdollar (of meer als je de juiste mannetjes kunt vinden), en komt voor in biljetten van 20.000. Een klein bedrag betekent dus al een flinke stapel biljetten, en een groot deel van het dagelijkse betalingsverkeer bestaat uit het tellen van het geld. Een tijdrovende bezigheid!
Helaas begon het te regenen, maar we hebben toch een groot stuk van de stad kunnen zien. ’s Avonds nog wat in het hostel rondgehangen waar ook een Nederlandse man van een jaar of 40 al een maand verbleef! Beetje verdacht. We besloten om de volgende dag om 6 uur de bus naar Victora Falls te nemen. De taxi zou ons om half 6 ophalen, dus vroeg naar bed! Om 5 uur zijn we weer opgestaan, hebben de tent en alle spullen ingepakt en zijn we door de taxichauffeur (mét meter, veel goedkoper en oprecht aardig) naar een bushalte gebracht. In de middle of nowhere. Gelukkig stonden er nog meer mensen te wachten dus we hadden goede hoop.
Twee uur later zaten we er nog steeds, en de overige reizigers waren allang in een willekeurige auto gestapt want ongeveer elke auto die voorbij kwam stopte om mensen mee te nemen om de kosten van de dure benzine te drukken. Uiteindelijk besloten we onze angsten ook maar overboord te zetten (de taxichauffeur had ons ook nog gewaarschuwd en gezegd dat we beslist op de bus moesten wachten) en hadden we veel geluk met een luxe grote auto met twee aardige Zimbabwaanse zakenmannen. Voor 400.000 dollar per persoon wilden ze ons wel in Victoria Falls afzetten. Uiteindelijk hebben we in Zuidafrikaanse Rand betaald, want forex (foreign exchange) is erg geliefd bij de Zimbabwanen. Dat was ook de reden dat ze naar Zambia gingen, om geld te wisselen om zaken met het buitenland te kunnen doen. De reis was erg leuk, we hebben veel van het landschap gezien en de mannen hebben ons ook veel over de situatie in Zim uitgelegd. 4 uur later waren we in Victoria Falls, een klein toeristisch dorpje vlakbij de beroemde watervallen. We belandden in een groot maar gezellig backpackershostel, Shoestring genaamd, waar we ons tentje ook weer op konden zetten.
Die dag hebben we verder niet zoveel bijzonders meer gedaan, wel al veel mensen leren kennen waaronder een paar white-water rafting gidsen, locale bevolking dus. We werden door Kingsley (een canadees die bij zijn familie op bezoek was) uitgenodigd om bij zijn familie te komen eten. Een hele belevenis, een klein huisje met een vader (ex-militair) en Kingsleys zussen (6) en nog wat andere rondhangende mensen. We moesten persé basketbal spelen in de tuin met alle zussen, hun favoriete bezigheid, met pa als scheidsrechter. Bloedfanatiek en heel gezellig!
Woensdag zijn we naar de watervallen gelopen, althans we konden ze niet echt vinden. We belandden bij de grenspost naar Zambia en verlieten Zimbabwe dat van Zambia door de Zambezi rivier wordt gescheiden. Vanaf de brug over deze rivier kan gebungee-jumped worden, wat Judith niet kon laten. Ook als je niet zelf springt is het erg spannend! De gidsen bij het bungee-jumpen wisten ons te vertellen dat de watervallen vanaf de Zambia kant niet de moeite waard waren dus we liepen maar weer naar Zimbabwe om ze daar te zoeken. Het bleek dat je voordat je de watervallen kon zien een soort parkje moest ingaan (en betalen natuurlijk) waar een wandelpad langs de watervallen was aangelegd. Ondanks dat we in het ‘droge’ seizoen kwamen, waren de watervallen nog steeds erg indrukwekkend! Het was daar ook heel rustig dus we konden heerlijk ongestoord van het schitterende uitzicht genieten. Aan het eind van de middag liepen we weer terug naar het dorp, want we moesten onze rafting company nog boeken! Kingsley had alles georganiseerd en zou ook onze gids zijn…
’s Avonds zijn we met een gratis bus naar een superdeluxe lodge buiten het dorp geweest waar je vanaf het terras olifanten en andere wilde dieren kon zien die daar bij de enige drinkplaats in de omgeving kwamen drinken. Heel mooi en een eindeloos uitzicht over het land! Toen we er een tijdje zaten kwamen er twee olifanten aangelopen, maar soms konden het er wel 100 zijn zeiden ze.
Donderdag was het dan zo ver, we gingen raften! Om 8 uur werden we bij ons hostel opgehaald en na een ontbijtje en wat instructies konden we naar de rivier. Bij de brug waar Judith vanaf was gesprongen moesten we eerst een flinke afdaling maken, want de rivier stroomt door een steile en diepe kloof (gorge). Beneden aangekomen lag de boot al klaar en konden we meteen instappen. Na wat instructies konden we van start. De eerste drie ‘rapids’ (stroomversnellingen) gingen prima, stelde nog niks voor zeiden ze, maar was toch al behoorlijk heftig! Maar ik vond ’t wel leuk!
Bij de vierde ging het helaas fout. De boot ging flink tekeer op de golven en opeens voelde ik iets tegen m’n been knallen. Ik voelde met m’n hand en merkte dat het mis was. Een dikke bult maakte me meteen duidelijk dat mijn linkeronderbeen gebroken was. Dus ik zei ‘oh volgens mij is m’n been gebroken’ en toen de anderen keken zagen ze m’n voet in een bocht eronder bungelen. Volgens mij heb ik wel honderd keer gezegd ‘waarom moet mij dit overkomen’ en wat nu… Een van de jongens diende als steun en heeft m’n been lange tijd de lucht in gehouden. Ondertussen probeerden een paar anderen hulp in te schakelen van een helikopter maar die bleek na een tijdje niet beschikbaar… Er was ook een andere raft naar de kant gekomen en twee jongens gingen op zoek naar wat stokjes. Ik kreeg een paar pijnstillers en kon alleen maar hopen dat het snel voorbij was. Gelukkig wist ik toen nog niet wat er ging komen. Mijn been werd gespalkt met de gevonden stokjes en een lamel (!) (zo’n stoffen ding die normaal voor het raam hangt) en we dreven rustig naar de overkant, Zimbabwe. Van doorvaren was geen sprake want rapid 5 was een héle heftige… Gelukkig had onze raft een houten plank aan boord wat als brancard gebruikt kon worden, dus ik werd daar op gelegd en stevig vastgebonden met stukjes touw en zwemvesten. Toen kon de evacuatie beginnen en werd ik door zes Zimbabwanen op blote voeten op de schouders genomen. Waar ze allemaal vandaan kwamen weet ik trouwens nog steeds niet. Een heel raar gevoel trouwens om zo gedragen te worden. Gelukkig kon ik niet zien waar we heen moesten want het aanzicht schijnt verschrikkelijk geweest te zijn. Het was vreselijk steil, hoog en bovendien bloedheet. Om de paar minuten werd ik even neergelegd en konden de jongens even bijkomen. Ik moest mezelf ook stevig vasthouden want soms hielden ze me nogal schuin en begon ik te schuiven. Een aantal keer letten ze ook niet zo goed op en raakte iemand mijn been aan wat vreselijk veel pijn deed. Ondertussen gaan de meest vreemde dingen door mijn hoofd (hmm als ik dit kan doorstaan moet ik ook ooit wel kinderen kunnen krijgen… haha)
Na een tijdje (ik heb geen idee van tijd maar het zal wel minstens een uur later geweest zijn) kwamen de ambulance verpleegkundigen ons tegemoet gelopen. Ik kreeg een spuit in mijn been en de verpleegster trok ‘even’ aan mijn voet om de boel recht te zetten… Ook hadden ze iets proffessioneler materiaal om mijn been stabiel te houden. De rest van de tocht verliep dus iets comfortabeler, maar tegelijkertijd werd de helling ook nog steiler. Een keer gleed een van de jongens uit en lieten ze me bijna vallen… Het was een hele opluchting toen ik hoorde dat de ambulance in zicht was, en dacht dat het dan alleen nog maar goed kon gaan. Helaas, de ambulance, waar ik met plank en al in was geschoven kwam vast te zitten, en het was onmogelijk om verder te rijden omdat er iets verderop een steile helling was waar de auto nooit tegenop zou kunnen komen. Een tweede ambulance werd gebeld en ik werd weer op de schouders genomen en boven aan de helling naar binnen geschoven. Daar werd ik van mijn plank losgemaakt want ze hadden de touwen nodig om ambulance 1 los te trekken…
Gelukkig kwam ik niet snel daarna in het ziekenhuisje aan. Een privé kliniek waar ik de enige patient was! Ondertussen was ik flink verdoofd dus van wat daarna allemaal gebeurde weet ik niet zoveel meer. Maar er werden rontgenfoto’s gemaakt en Cass en Judith kregen de opdracht om narcose middelen en pijnstillers te gaan halen bij de apotheek. De foto’s waren niet zo fraai, ik kreeg ze ook te zien en zag een lelijke breuk. Dat viel tegen! Toen Cass en Judith terug waren werd ik onder narcose gebracht en werd m’n been gezet. Ik werd wakker met een dikke laag zwaar gips. ’s Avonds kwamen Kingsley en een paar andere rafters onze lunch brengen, het ziekenhuis zorgde namelijk niet voor eten. Na de ‘operatie’ bleek uit de foto’s dat het mislukt was, er was nog steeds een gat te zien tussen de verschillende stukken bot. Ik stelde voor dat het misschien beter was als ik naar Zuid-Afrika ging, en de arts was het met me eens, maar de man van de verzekering dacht dat het beter was om het nog een keer in Zimbabwe te proberen. Nadat de Zimbabwaanse arts met een Nederlandse arst had gesproken zag hij het ook weer zitten en de volgende dag werd het allemaal herhaald. Het gips werd opengeknipt en ik ging weer onder narcose. Toen ik wakker werd had ik alleen gips onder mijn been, zodat ze het af konden maken als bleek dat ze geslaagd waren, of als ze weer gefaald hadden dat ik naar Zuid-Afrika gevlogen kon worden. Het gips wou alleen niet drogen, dus ik lag daar met een straalkacheltje. Na het maken van de foto’s (waar de fotografe met een bezorgd gezicht naar keek) bleek dus dat het inderdaad weer mislukt was. Na enkele telefoontjes met de verzekering in nederland kon ik op zaterdagochtend naar Zuid-Afrika gevlogen worden. Ik werd opgehaald door de flying-doctors (helaas niet zo knap als op tv, maar wel aardig) en Judith mocht ook mee. Voor Cass was helaas geen plaats, dus die kon haar vakantie nog lekker even voortzetten! De vlucht met een klein Cesna vliegtuigje duurde ongeveer 2 uur, en speciaal voor ons maakten de piloten ook nog even een rondje boven de Vic Falls. Hebben we daar in ieder geval weer geld op bespaard!
In Johannesburg werd ik ontvangen door dokter Eltringheim, de orthopedisch chirurg. Het Zimbabwaanse gips werd meteen weer verwijderd. (aaauuww!!) en ik kreeg een lekker zacht verbandje. Even testen op de MRSA bacterie en vervolgens werd ik naar de ziekenzaal gebracht. Allemaal een stuk professioneler dan in Zim! De dokter had uitgelegd dat er drie opties waren. 1) Uitwendige manipulatie (zonder operatie) en gips tot een eind boven m’n knie, met als bijkomend gevolg dat er voorlopig niet gevlogen kon worden… 2) Een pin van m’n knie tot m’n enkel met slechts een ‘moonboot’ ter ondersteuning (klonk wel leuk) en 3) een enge stellage van uitwendige pinnen (niet dus). Het werd dus optie 2, maar m’n been was door alle ellende zodanig opgezwollen en bovendien bleek ik een flinke blaar te hebben van het gips, dat er voorlopig nog niet geopereerd kon worden.
De drie daaropvolgende dagen waren vrij vervelend. Ik kon alleen maar op m’n rug liggen (wat ik normaal nooit doe), en naar de wc gaan was er al helemaal niet bij… Gelukkig weet ik er nu niet zoveel meer van omdat ik een behoorlijke dosis pijnstillers en verdovende middelen in de vorm van pillen en spuiten heb gekregen. Wel zo fijn. Wat ik niet zal vergeten is die keer dat de verpleegsters het nodig vonden om m’n bed te verschonen, en daarbij m’n been niet echt tactisch en liefdevol optilden. Ik heb de hele gang bij elkaar gekrijst, en m’n buurvrouw, een overgrootmoeder uit Zambia met een nieuwe heup vertelde dat ze ervan had moeten huilen… Oja, tot overmaat van ramp begaf mijn mobiele telefoon het, waardoor alle contact met de buitenwereld verbroken was. De dochter van de overgrootmoeder heeft nog geprobeerd om ‘m te laten maken (heel lief) maar dat mocht helaas niet baten. Gelukkig kwam Judith al snel met een nieuwe en voelde ik me meteen een stuk beter! Wat de techniek al niet kan veroorzaken ;-)
Elke dag kwam de dokter even kijken, en eindelijk, op maandag zei ie dat er dinsdag waarschijnlijk wel geopereerd kon worden. Ik ben nog nooit zo blij geweest met nieuws dat ze in je gaan snijden! Dinsdag zou ik eindelijk naar ‘theatre’ gaan! Zo noemen ze de operatiekamer daar, waarom weet ik nog steeds niet, en van de voorstelling kan ik me gelukkig niks herinneren! Ik begon de dag heel optimistisch door m’n ontbijt te weigeren, want ik kon elk moment opgehaald worden… Het wachten werd gelukkig nog even onderbroken omdat Buwi, m’n lievelingsverpleegster-in-opleiding een praktijktoets moest afleggen ‘op mij’. Ze moest wat in m’n tenen knijpen en beoordelen of alles nog goed was met de bloedsomloop enzo. Best grappig om mee te maken, maar helaas was ze gezakt. M’n tenen hadden volgens de beoordeelsters de verkeerde kleur. En bedankt.
Vanaf 12 uur kreeg ik naast het verbod op eten ook een drinkverbod. Erg vervelend in een warm land! En ze konden me nooit vertellen wanneer het eindelijk zover zou zijn. Gelukkig was Judith er voor wat afleiding, en om kwart over 5 was het eindelijk zover. Een joegoslavische anesthesiste bracht me naar het ‘theatre’, en zorgde ervoor dat ik lekker kon slapen. Zo’n 3 uur later werd ik weer een beetje wakker, de operatie had 2,5 uur geduurd. M’n been voelde meteen een stuk lekkerder aan!
Woensdag kwam er al een fysiotherapeute om me te leren hoe ik op krukken moest lopen. Eerste bestemming, de wc! Erg fijn na minstens een week plat gelegen te hebben. Maar ook erg vermoeiend! ’s Avonds weer veel bezoek, net als de rest van de week. Judith crosste elke dag heen en weer met een huurauto en nam steeds weer andere mensen mee. Heel gezellig!
Donderdag kreeg ik weer fysiotherapie en werd me een soort skischoen ofwel moonboot aangemeten. De jongen die dat deed moest heel hard om me lachen omdat ik al de zoveelste toerist was die uit een land ten noorden van Zuid-Afrika gevlogen was… heel grappig ja.
Ondertussen wisselden m’n kamergenoten regelmatig, er waren vier bedden, maar toen het weekend begon mocht iedereen naar huis en bleef ik alleen achter. Niet zo gezellig maar de verpleegsters hadden het ook een stuk minder druk, dus kreeg ik alle aandacht.
Oja, ik ben nog vergeten te vertellen hoe het ochtendritueel zich voltrok… Om 5 uur werd ik altijd wakker gemaakt met de vraag: “Koffie, tea or rooibos-tea?!!!” aahhhhhh dacht ik dan, laat me slapen! Maar ik had geen keus en koos maar voor het laatste. Een kwartier later kreeg ik namelijk altijd een teiltje met heet water naast m’n bed, waarmee ik me moest wassen. De eerste dagen in het ziekenhuis kon ik dat niet zelf, dus werd ik grondig schoongeboend door een van de verpleegsters. Later kon ik het gelukkig wel zelf. Mijn haar was alleen volgens mij al 10 dagen niet gewassen, en voelde niet zo lekker meer aan. Buwi stelde voor om het te doen, die had er wel zin in. Dus werd ik op vrijdag (of zaterdag, dat weet ik niet meer) in een rolstoel gezet en naar een wastafel gebracht, waar ik op de manier van bij de kapper een heerlijke wasbeurt kreeg. Ik voelde me meteen stukken lekkerder!
Na het ochtendritueel had ik niks meer te doen, en moest er tot 8 uur gewacht worden op het ontbijt. Maar weer even verder slapen dus. Halverwege de ochtend kwam er altijd een meisje van de catering met een menukaart waarop ik moest aangeven wat ik de volgende dag voor ontbijt, lunch en diner wou eten. Een moeilijke opgave! Het eten was altijd best lekker, maar aan het eind van de week ontdekte ik dat het eigenlijk altijd hetzelfde smaakte. Tijd om te vertrekken dus!
Van de ANWB alarmcentrale kreeg ik te horen dat ik zondag naar Nederland kon vliegen en 3 stoelen tot m’n beschikking zou krijgen. Op zaterdag kwamen er nog een heleboel mensen op bezoek, waardoor de dag snel voorbij ging. Zondag was een hele lange dag want ik werd pas om 8 uur ’s avonds opgehaald. Buwi had ook niks te doen, dus ik besloot om Zulu van d’r te leren. Best grappig, iedereen die vervolgens binnenkwam sprak ik aan in het Zulu, waarop iedereen keihard moest lachen. Je moet wat he! Een uur voor m’n vertrek kwamen Magda, Cass en Amanda en ze hadden een verassing voor me. Ze hadden twee jongen van de zondag-markt uit Hatfield meegenomen, waarmee ik elke week wel even een praatje ging maken. Toen ze hoorden dat ik mn been had gebroken wilden ze wel even in het ziekenhuis komen kijken. Erg leuk! De laatste spullen moesten nog ingepakt worden, en alles wat ik niet mee wilde nemen had ik aan Buwi gegeven, die er dolgelukkig mee was. Cass, Magda en Judith hadden al eerder m’n hele kamer opgeruimd en ingepakt en de koffer en tassen naar het ziekenhuis gebracht. Een hele klus!
Toen de ambulanceverplegers eindelijk kwamen moest ik afscheid nemen van de verpleegsters en konden we vertrekken. Ik werd weer op een brancard gelegd en in de ambulace geschoven, en Cass, Amanda en Magda reden ook gezellig mee.
Op het vliegveld stond een rolstoel al klaar en konden we meteen gaan inchecken. M’n koffer was 4 kg te zwaar maar mocht toch zonder problemen mee. Er was alleen een gebrek aan rolstoelen en de man die erbij hoorde moest andere mensen gaan vervoeren, dus werd ik op een stoel midden in de incheck-hal gezet. Blikje drinken erbij en we hadden ons eigen cafétje gemaakt. Gezellig! Al snel ontmoetten we Breyten, het vriendje van Maaike, die hij in Amsterdam ging opzoeken. Heel toevallig met hetzelfde vliegtuig! Na een uur kwam de rolstoelman weer terug en zei dat we nu echt door de paspoortcontrole moesten anders klopte zijn schema niet meer ofzoiets. Dus toen was het echte afscheid daar. Echt vervelend om afscheid te moeten nemen van mensen waarmee je 5 maanden samen hebt geleefd en die je misschien wel nooit meer zult zien!
Na de paspoortcontrole was het nog lang wachten (weer op een stoel gezet) maar uiteindelijk mochten we instappen. De stewardess flipte toen ze voelde hoe zwaar mijn rugzak was, maar ja, die had ik niet ingepakt! Gelukkig werd dat snel opgelost en kon ik plaatsnemen. Erg comfortabel was het niet. De stoel voor me was ingeklapt zodat ik daar mijn been op kon leggen, maar ik had helemaal geen steun onder mijn knie. Niet zo fijn om zo ruim 10 uur te zitten. Maar uiteindelijk kwamen we aan in Amsterdam, weer een heel gedoe met rolstoelen (wat ik jullie zal besparen) en gelukkig had ik Breyten die m’n tassen kon dragen. Het weerzien met Stefan was natuurlijk heel leuk, en het was ook leuk om Maaike weer te zien! Met z’n vieren hebben we nog op de taxi gewacht, maar die was er al snel, en toen werd ik als een soort koningin naar Hengstdijk vervoerd. Ik was na alle ellende erg blij om weer thuis te zijn! Maar mis het warme klimaat en alle leuke mensen wel… en heb een fantastische tijd gehad!
Einde.
-
15 December 2005 - 03:23
Annemarie:
Toch wel grappig om alles nog een keer te lezen. Hier in Davis gaat alles goed hoor. Je moet maar snel langs komen. Liefs Am -
17 December 2005 - 14:18
Ellen:
Jeetje zeg, wat een verhaal en toestanden. Ik had er nog niets van mee gekregen, dus schrok er ook wel wat van...!
Wat is je adres nu weer in NL, want dan stuur ik je een home made noors kaartje! -
20 December 2005 - 11:13
Martine:
Hoi Winnie!
Ik was Cass haar site aan het lezen, en toen kon ik het toch niet laten om ook maar meteen even op die van jou te kijken. Wat zonde zeg, zo'n einde aan je Zuid-Afrika avontuur!! Hoe lang moet je nu nog in het gips zitten? Beterschap!! -
13 Januari 2006 - 17:39
Lisette:
Hey Winnie, hoe gaat het inmiddels met je? Ik heb je emailadres nog steeds niet (kreeg een pooh-adres van Cass wat niet werkt)! Groetjes, Lisette
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley